Bij de onderhandelingen over het nieuwe ondersteuningsmodel hebben we steeds benadrukt dat ondersteuning flexibel moet inspelen op de noden die er zijn. Gedragsproblemen vallen daar nog te dikwijls buiten. “Nochtans kunnen die de hele klassfeer bepalen,” zegt Krekels. “Een van de maatregelen in de bijsturing van het M-decreet is het inrichten van interventieteams die ondersteuning bieden bij gedragsproblemen.”

Op vraag van Kathleen gaf de onderwijsminister Crevits toelichting bij de nieuwe ondersteuningsteams. Het gaat om gedragsproblemen en geen gedragsstoornissen want deze kinderen kunnen door hun medisch verslag reeds sneller overstappen naar het buitengewoon onderwijs. Leerlingen met een gedragsproblematiek moeten nu soms maanden wachten op een medisch attest dat een traject naar het buitengewoon mogelijk maakt. De interventieteams kunnen die kloof dichten. Zo krijgt het CLB de mogelijkheid om het handelingsgericht werken in functie van een verslag reeds op te starten bij het vermoeden van een gedragsstoornis. Dat moet tijdverlies vermijden.

Hoe de extra ondersteuning via de Fast-teams precies georganiseerd zal worden, vanuit de huidige ondersteuningsnetwerken of bestaande vzw’s, is nog onduidelijk en zal verder opgenomen worden binnen de stuurgroep.

Krekels besluit: “Inclusie is realistisch wanneer goede evenwichten bewaard blijven. Hiervoor is het belangrijk dat alle actoren (leerkracht, ouders, ondersteuners, CLB, pedagogische begeleiding) zich goed bewust zijn van de eigen verantwoordelijkheid en vertrouwen hebben in elkaars expertise. Luisteren en handelen zijn hierin cruciaal, uitstelgedrag of het doorschuiven van taken zijn uit den boze.”

Onderwerpen