Leerlingen scoren beter wanneer leerkracht Frans spreekt

De peilingsproef legt de vinger op de wonde: de taalbeheersing van het Frans bij lagere schoolkinderen gaat achteruit. Meer dan de helft van de leerlingen kan aan het einde van het lager onderwijs onvoldoende Frans lezen en ongeveer de helft durft zelfs amper Frans te spreken. Uit het onderzoek blijkt dat leerlingen beter scoren wanneer leerkrachten overwegend Frans spreken. Een jaar geleden bleek nog uit een verslag van de Onderwijsinspectie dat slechts 2% van de geïnspecteerde basisscholen een vakleraar Frans aanstellen. “We moeten minstens nagaan waarom scholen zo weinig gebruik maken van vakleerkrachten,” vindt Kathleen Krekels. “Vervolgens moeten we scholen stimuleren om in te zetten op vakspecialisten. Dit kan voor Frans maar ook voor lichamelijke opvoeding, muzische vorming, wetenschap en techniek.”

 

Expertise van leraren versterken

Tijdens het academiejaar 2016-2017 werd voor het eerst de verplichte niet-bindende toelatingsproef gebruikt bij de start van de lerarenopleiding. Daarbij werd ook de kennis van het Frans getoetst aan de hand van het Europees Referentiekader voor moderne vreemde talen. De leerkrachten die de norm niet behaalden, werd een remediëringstraject geadviseerd. “Waarom toetsen we ook niet de uitkomst na de lerarenopleiding?,” stelt Krekels voor. 

 

Onderwijsverstrekkers moeten verantwoordelijkheid nemen

De eindtermen zijn de verantwoordelijkheid van de overheid. De vertaling daarvan in leerplandoelen, gebeurt door de onderwijsverstrekkers. “Wanneer de leerlingen de eindtermen niet halen, moeten de koepels daarover verantwoording afleggen,” zegt Krekels. “Wanneer er op langere termijn geen verbetering is, moeten daaraan ook consequenties worden verbonden.”

Onderwerpen